Een gids voor het materiaal dat in glasvezelkabels wordt gebruikt
Glasvezelkabels zijn gemaakt van verschillende belangrijke materialen, die elk een specifiek doel dienen om efficiënte lichttransmissie en duurzaamheid te garanderen.
1. Kern (Lichttransmissiepad)
Materiaal: Ultra-zuiver glas (silica, SiO₂) of soms plastic (voor POF - Plastic Optical Fiber).
Functie: Draagt lichtsignalen (laser of LED) over lange afstanden.
Zuiverheid: Glaskernen worden gedoteerd met germanium (GeO₂) of fluor om de brekingsindex aan te passen.
2. Bekleding (Lichtreflectielaag)
Materiaal: Glas of plastic met een lagere brekingsindex dan de kern.
Functie: Houdt lichtsignalen binnen de kern via totale interne reflectie.
3. Coating (Beschermende laag)
Materiaal: Acrylaat (UV-geharde hars) of polyimide (voor ruwe omgevingen).
Functie: Beschermt de fragiele glasvezel tegen vocht en fysieke schade.
4. Treksterkte-elementen (Versterking)
Materiaal:
Aramidegaren (Kevlar®) - Biedt flexibiliteit en treksterkte.
Staaldraad - Gebruikt in gepantserde vezelkabels voor extra bescherming.
Glasvezelstaven - Voorkomt buigen en pletten.
Functie: Beschermt de vezel tegen uitrekken en breken tijdens de installatie.
5. Bufferslangen (Voor multi-vezelkabels)
Materiaal: Plastic (PBT, PVC of nylon).
Functie: Bevat meerdere vezels in losse-buisontwerpen, waardoor ze worden beschermd tegen vocht en spanning.